De wettelijke pensioenleeftijd stijgt tot 66 jaar: welke impact heeft dit op pensioensparen en langetermijnsparen?

Vanaf 2025 bedraagt de wettelijke pensioenleeftijd 66 in plaats van 65 jaar. Heeft de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd een invloed op verzekeringen pensioensparen en langetermijnsparen? En wat betekent dat voor uw aanvullende pensioenspaarplannen? U ontdekt het hier.

Pensioensparen

Een pensioenspaarverzekering heeft een eindvervaldag. Doorgaans ligt die, tot nu toe, op 65 jaar. Ook met de stijging van de wettelijke pensioenleeftijd blijft het perfect mogelijk om uw pensioenspaarverzekering te laten uitkeren op uw 65ste.

Wel kan een pensioenspaarverzekering maar uitbetaald worden als het contract minstens 10 jaar gelopen heeft. Voortaan is het dus mogelijk om pas op uw 56ste verjaardag met pensioensparen te beginnen. Tot nu kon dit maar ten laatste op uw 55ste. Opgelet, wie start op zijn 56ste, moet dus wel wachten op de uitkering tot zijn 66ste of later

In de huidige regelgeving staat nog vermeld dat u geen belastingvermindering geniet voor de premies die u voor pensioensparen stort in het jaar waarin u 65 jaar wordt. Mogelijk wordt deze bepaling binnenkort aangepast naar 66 jaar, maar daar is momenteel nog geen fiscale duidelijkheid over.

De stijging van de wettelijke pensioenleeftijd heeft geen invloed op de fiscale behandeling van het opgebouwde spaartegoed. Daar verandert er niks.

Langetermijnsparen

U moet starten met langetermijnsparen vóór uw 65ste en het contract moet minstens 10 jaar lopen. Dit verandert niet met de hogere pensioenleeftijd. De premie die u betaalt kunt u vanaf uw 65ste niet meer verhogen.

Ook de fiscale behandeling van de opgebouwde reserve wijzigt niet.

Hebt u hierover nog vragen? Contacteer ons dan.

Terug naar overzicht